Dat deze overpeinzingen uit Koudum komen, had ik elf jaar geleden echt niet kunnen bedenken. Om te begrijpen hoe dat toch mogelijk geworden is, moeten we terug naar april 2016.
“Waar ligt Koudum?” vroeg mijn vrouw.
”In de zuidwesthoek van Friesland, zeg maar zo’n beetje tussen Stavoren, Hindeloopen en Workum in, maar dan een paar kilometer van het IJsselmeer af.”
Ze had nu ongeveer wel een idee.
“Hoezo?” vroeg ik.
“Daar staat een galerie te koop.”
Een niet eens zo’n lang verhaal nog een stukje korter: een half jaar later woonden we in de Hoofdstraat in Koudum en nog een paar maanden later opende gedeputeerde van cultuur Sietske Poepjes onze eigen galerie. Die Hoofdstraat in Koudum was een van de zaken die ons wel aanstonden toen wij – zeker een halve week! – erover nadachten of ‘die galerie in Koudum’ wat voor ons zou zijn.
In Castricum, waar we toen tot ons beider tevredenheid woonden – nou ja, afgezien van de vliegtuigen – hadden we een supermarkt op zo’n 500 meter afstand en naar de Poiesz in Koudum was het nog niet eens de helft! Verder was er een tennisclub én een verzorgingshuis. Ja, je moet overal op letten, ik was tenslotte al met pensioen. En ook al stonden er wat winkels naast de galerie leeg, het leek erop dat er nog wel aardig wat winkeldrukte was in die Koudumer Hoofdstraat.
Toch was van die drukte niet veel te merken toen wij op een regenachtige maandag naar Koudum waren gereisd om daar eens te kijken. Dat viel later, op een andere dag en met het zonnetje erbij, wel mee. En nog altijd is het zo dat we voor zo’n klein plaatsje als Koudum niet mogen klagen over onze winkelstraat, al doet een Koudumer dat toch wel graag. Want ja, we hebben hier geen Blokker en geen Action en wat moet een Koudumer met een galerie of een tattooshop? Maar welk dorp van nog geen 2700 mensen heeft zoiets, plus een eetcafé ‘Spoorzicht’ (met kersverse, jonge eigenaren!) en naast een supermarkt ook nog een echte bakker, slager en groenteboer?
En daarmee zijn we er nog lang niet, want als ik het over de winkels in Koudum heb, moet ik nog een hele opsomming maken. We hebben namelijk een drogist, een fietsenmaker, een boekhandel, een viswinkel, een kringloopwinkel (en om de hoek bij de haven nog een hele grote), een koffiehuisje, het oude café van Dirk én schuin daar tegenover het nieuwerwetse eettentje van Jan de Pianoman, een gewoon cafetaria én een lunchroom die ook pizza’s bezorgt! Jazeker, dat hebben wij allemaal in onze winkelstraat, die natuurlijk behalve de Hoofdstraat ook de Verlengde Hoofdstraat omvat, want daar zit naast de tattooshop van Marcel en Jennie ook nog een fijn bloemenwinkeltje.
En natuurlijk, die markt op vrijdagochtend stelt niet veel voor, zeker nu de notenkraam er al een tijdje niet meer staat. En oké, ik heb de verhalen wel gehoord dat er vroeger wel vijf bakkers in de Hoofdstraat waren, maar ik heb er aan één genoeg. En ik heb zelf gezien dat er een kledingwinkel, schoenenwinkel en Chinees restaurant de afgelopen jaren zijn verdwenen. Dat de snoepjeswinkel het niet redden kon, net als de computerwinkel daarna, maar het kon allemaal wel minder, want we hebben er ook weer een kledingwinkeltje bij gekregen.
‘Wat zitten jullie in een leuk straatje’, zeiden laatst bezoekers van over de provinciegrens. Dan hoor je het eens van een ander. Want inmiddels ben ik als import-Koudumer behoorlijk trots op ons dorp geworden. En zo schrijf ik vanuit dat dorp in de zuidwesthoek van Friesland zo af en toe mijn overpeinzingen.
Jelle van der Meulen