Door Berthus de Jong
De boeren in de Kooi – en Brekkenpolder tussen Lemmer en Sloten leefden in de jaren vijftig in een volstrekt isolement, want van alle kanten waren ze omgeven door water. Het isolement werd alleen verbroken door de komst van melkvaarder Martinus de Vreeze.
Tussen 1930 en 1958 toen de zuivelfabriek sloot, bracht hij de melk van de polderboeren naar de fabriek in Sloten en bezorgde hij bij hen brood, kruidenierswaren, groente, en vlees.
De uitbetaling van het melkgeld was ook een verantwoordelijkheid van De Vreeze.