Categorieën
Boeken Economie Geschiedenis Politiek Sneek Sociaal Súdwest

Sociaal-democratische denkers uit Sneek: Sam de Wolff (1878-1960), deel 3

In deze artikelenreeks staan de bijdragen van twee sociaal-democratische centraal, Sam de Wolff (1878-1960) en Bart Tromp (1944-2007), beiden geboren in Sneek en leerlingen aan het gymnasium Magister Alvinus. Sam de Wolff groeide op aan het Schaapmarktplein en leidde een zeer dynamisch leven in persoonlijk, politiek en maatschappelijk opzicht.

Naar het socialisme

Dankzij Sam de Wolff was het mogelijk dat aan het einde van de zomer van 1899 in Sneek een lokale afdeling van de SDAP werd opgericht, want voor het oprichten van een afdeling waren zes personen nodig, aldus Rienk de Jong. Deze totstandkoming was betrekkelijk laat. ‘Dat had te maken met het gegeven dat hier redelijk veel anarchisten en aanhangers van Domela Nieuwenhuis waren’, aldus Rienk de Jong.

Sam de Wolff ging in 1903 naar Engeland waar volgens hem de meest geschikte kansen voor de bestudering van allerlei theorieën lagen, maar hij keerde in dat jaar ook weer terug. Het ontbrak hem aan financiële middelen om zich op een redelijke wijze met studie bezig te houden: hij leed er gewoon honger. In ons land richtte hij zich weer op de studie van het marxisme en werd in Amsterdam voorzitter van de Arbeiders Kiesvereniging V, verbonden aan de SDAP. In 1909 verliet De Wolff de SDAP en stapte over naar de SPD, waarvan hij samen met anderen het beginselprogramma schreef.

Verkiezingsaffiche SDAP.

In 1913 keerde hij weer terug op het oude nest. Altijd bleef de politieke relatie tot de SDAP en later de PvdA grillig. Volgens Bart Tromp was Sam de Wolff de marxistische luis in de pels van de SDAP. Zijn nicht, Henriëtte Peerelaar-Parfumeur, sluit daar bij aan, want, ‘mijn oom was het lang niet altijd eens met de SDAP en later de PvdA’. Sam de Wolff verdiende in eerste instantie de kost met het geven van boekhoudles en later opende hij een accountantskantoor.

De Wolff als econoom

In Het economisch getij uit 1929, en zijn belangrijkste publicatiebijdrage, bestudeerde De Wolff de lange golfbeweging. ‘Hij ontwaarde in de economische geschiedenis een cyclische beweging die ongeveer vijftig jaar duurde. Op grond van deze theorie die hij rond deze lange cyclus ontwierp en die gebaseerd was op het marxistisch denken, voorspelde hij de crisis van de jaren dertig, een voorspelling die prompt en nogal overtuigend uitkwam’, aldus de econoom Gerrit Gorter uit Sneek. Internationaal kreeg de Rus Nikolai Kondratieff de eer van de ontdekking van de lange cyclus. Dat was te danken aan de Oostenrijkse econoom Joseph Schumpeter, die dat internationaal bekendmaakte. Maar Kondratieff schreef er niet eerder over dan in 1922.

Voorzijde Het economisch getij van Sam de Wolff.

Het economisch getij dateert uit 1929, maar De Wolff had in 1915 al belangstelling getoond voor de lange golf. J. van Gelderen schreef in 1913 over de lange golf in De Nieuwe Tijd, een socialistisch maandblad, onder het pseudoniem J. Fedder in 1913. Mede door zijn belangrijk werk, kreeg De Wolff een benoeming, als privaat docent in de conjunctuurleer, aan de universiteit van Amsterdam.

© Wiebe Dooper

Deze tekst maakt deel uit van het artikel ‘Denkers aan de linkerkant’ (pag. 73-80) gepubliceerd in Sneek in de 20ste eeuw (2006).

Eerder verschenen: