Categorieën
Economie Onderzoek Sociaal

Werkloosheid in maart vrijwel onveranderd

(tekst: CBS)

In maart waren 357 duizend mensen van 15 tot 75 jaar werkloos. Over de afgelopen drie maanden nam het aantal werklozen toe met gemiddeld 2 duizend per maand. Het aantal werkenden van 15 tot 75 jaar steeg in dezelfde periode met gemiddeld 4 duizend per maand en bedroeg 9,7 miljoen. Hiermee had 72,9 procent in deze leeftijdsgroep betaald werk. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de beroepsbevolking. UWV registreerde eind maart 158 duizend lopende WW-uitkeringen.

In maart hadden 3,6 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar om uiteenlopende redenen geen betaald werk. Naast werklozen ging het om 3,2 miljoen mensen die niet recent hebben gezocht en/of niet direct beschikbaar zijn voor werk. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Het gaat voornamelijk om mensen die met pensioen zijn of niet kunnen werken vanwege ziekte of arbeidsongeschiktheid. In de maanden januari tot en met maart is het aantal mensen buiten de beroepsbevolking licht gedaald met gemiddeld 1 duizend per maand.

Arbeidsdeelname en werkloosheid begin dit jaar stabiel

Het deel van de bevolking van 15 tot 75 jaar met betaald werk (de nettoarbeidsparticipatie) bedroeg afgelopen maand 72,9 procent. Dit percentage is sinds december even hoog gebleven. Het werkloosheidspercentage was in die maand, net als in maart, 3,5. In januari nam het licht toe (naar 3,6), maar in februari en maart was het percentage weer op het niveau van december.

Voor de verschillende leeftijdsgroepen liep de ontwikkeling uiteen. Over het algemeen is de werkloosheid het hoogst bij jongeren van 15 tot 25 jaar. Onder hen nam de werkloosheid de afgelopen maanden toe, van 7,5 procent in december vorig jaar naar 8,0 procent in maart. Bij 45-plussers daalde de werkloosheid juist in dezelfde periode, van 2,5 naar 2,2 procent. Voor 25- tot 45-jarigen was er een kleine stijging van 2,8 naar 2,9 procent.

UWV: WW-uitkeringen in maart licht gestegen

Eind maart 2023 verstrekte UWV 158 duizend WW-uitkeringen. Dat is ruim 4 duizend meer dan een maand eerder (+2,8 procent). De toename is het grootst bij de sectoren detailhandel, groothandel en overige commerciële dienstverlening. In maart werden ruim 20 duizend uitkeringen beëindigd, terwijl er ruim 24 duizend nieuwe uitkeringen bijkwamen. Ten opzichte van een jaar geleden daalde het aantal WW-uitkeringen met bijna 26 duizend. Dat komt neer op een afname van 14,1 procent.

Toestroom werklozen vanuit de niet-beroepsbevolking weer wat groter

In maart waren er 5 duizend werklozen meer dan drie maanden eerder (een toename van gemiddeld 2 duizend per maand). Deze stijging is het resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en de niet-beroepsbevolking. Het onderstaande schema laat die stromen zien. De figuur daaronder geeft weer hoe die verschillende stromen zich in de afgelopen maanden hebben ontwikkeld.

De plaatjes laten zien dat er twee stromen zijn die de werkloosheid kunnen doen afnemen. De eerste is de stroom van werklozen die een baan vinden, de tweede is de stroom van werklozen die stoppen met zoeken en zich terugtrekken van de arbeidsmarkt.

Er zijn ook twee tegengestelde stromen, die de werkloosheid kunnen doen toenemen. Het gaat om werkenden die hun baan verliezen, en om mensen die zich tevoren niet aanboden op de arbeidsmarkt en op zoek zijn gegaan naar werk. Als ze niet meteen werk vinden, worden ze deel van de werkloze beroepsbevolking.

In maart bedroeg de toestroom van werklozen van buiten de beroepsbevolking per saldo 40 duizend. Dat is wat hoger dan in de laatste maanden van 2022 en begin 2023. Hierdoor is de werkloosheid in de afgelopen maanden toegenomen.

De toename in werkloosheid wordt gedempt doordat het aantal werkenden dat werkloos werd, kleiner was dan het aantal werklozen dat een baan vond. Het saldo hiervan kwam in maart uit op 34 duizend en is hiermee kleiner dan in de maand hiervoor.Het CBS publiceert maandelijks volgens over de beroepsbevolking volgens de richtlijnen van de International Labour Organization (ILO). De bijbehorende indicatoren, de werkzame en werkloze beroepsbevolking, worden wereldwijd gebruikt om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt te beschrijven. Daarbij zijn maandcijfers essentieel. Daarnaast publiceert het UWV maandelijks over het aantal WW-uitkeringen. Deze UWV-cijfers over uitkeringen zijn niet een-op-een vergelijkbaar met de indicatoren over de beroepsbevolking. Voor meer uitleg over de verschillen tussen de bronnen zie de technische toelichting.

Leest u het volledige artikel met overzichten via: https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2023/16/werkloosheid-in-maart-vrijwel-onveranderd