Categorieën
Cultuur Financiën Geschiedenis

Minister Bruins steekt miljoenen in monumentenzorg

Door ministerie van OCW

Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) investeert eenmalig € 155 miljoen en structureel € 15,8 miljoen in onderhoud en restauratie van rijksmonumenten. Zo schrijft hij vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. Vooral grote rijksmonumenten kunnen rekenen op extra financiële steun. Een deel van de investeringen gaat naar grote (kerk)gebouwen. De minister voorkomt zo dat meer (grote) monumenten ernstig in verval raken.

Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap): “In een wereld die snel verandert, zorgen monumenten voor verbinding en voor een gedeeld verleden. Monumenten zijn als tastbare geschiedenis onderdeel van onze nationale identiteit. Als overheid ondersteunen we eigenaren bij de zorg voor deze monumenten, maar vooral bij de grote rijksmonumenten is de uitdaging voor het onderhoud en de kosten groot. Met dit pakket aan leningen en subsidies bieden we nu een oplossing voor veel monumenteneigenaren. Het behoud van deze monumenten zorgt ervoor dat we Nederland blijven herkennen.’’

Onherstelbaar verval voorkomen
Het in goede staat houden van een monument is duur en de druk op de beschikbare middelen voor monumentenzorg is groot. Vooral voor eigenaren van grote rijksmonumenten is het moeilijk om een lening of subsidie te krijgen voor restauratie of onderhoud. Het gaat bij de maatregelen die de minister neemt grotendeels om het slimmer inzetten van middelen die beschikbaar zouden komen voor de monumentenzorg. Dit kan door binnen de boekhoudkundige mogelijkheden het bekostigingssysteem aan te passen. Ook heeft de Tweede Kamer extra geld beschikbaar gesteld voor de instandhouding van grote kerkgebouwen. Met die middelen wordt de onderhoudsregeling voor niet-woonhuisrijksmonumenten verhoogd. Daarnaast worden de leenmogelijkheden voor restauratie, onderhoud en verduurzaming verruimd. De focus blijft op het stimuleren van planmatig onderhoud waarmee dure restauraties en onherstelbaar verval worden voorkomen.

Restauratie grote monumenten
Bij grootschalig achterstallig onderhoud is het nodig om monumenten te restaureren. Voorbeelden van actuele grote restauratieopgaven zijn de Rivièrahal van Diergaarde Blijdorp, kasteel Nijenrode in Breukelen, het stadhuis van Middelburg en het al bijna voltooide aquarium van Artis.
Deze restauraties zijn complex, duren lang en vragen om maatwerk. Binnen het huidige financieringssysteem vissen deze monumenteneigenaren vaak achter het net. Door de herverdeling van het ministerie van OCW komt er € 100 miljoen extra beschikbaar voor grote monumenten. € 45 miljoen hiervan gaat naar een rijkssubsidieregeling voor de restauratie van grote monumenten, € 45 miljoen komt beschikbaar voor een extra leenmogelijkheid voor grote monumenten via het Nationaal Restauratiefonds (NRF) en de bestaande leenmogelijkheid voor restauratie wordt met € 10 miljoen opgehoogd.

Onderhoud
Voor het doorlopend onderhouden van niet-woonhuis rijksmonumenten kunnen eigenaren een subsidie krijgen. Het gaat bijvoorbeeld om schilderwerk aan historische onderdelen of herstel van metsel- en voegwerk. Tot nu toe hadden meer eigenaren behoefte aan een bijdrage dan er geld beschikbaar was. Als oplossing komt er nu € 15,8 miljoen extra per jaar voor onderhoud, waardoor er een totaalbedrag van €103 miljoen per jaar beschikbaar is. Hierdoor kunnen meer monumenten onderhouden worden. De verwachting is dat de overvraag in de regeling vanaf 2027 of 2028 is weggewerkt.

Van de ophoging van € 15,8 miljoen is € 5 miljoen bestemd voor grote kerkgebouwen, die volgen uit het amendement Bontenbal c.s. Hiermee wordt ervoor gezorgd dat deze bijzondere gebouwen goed onderhouden blijven.

Binnen de monumentenzorg hebben molens een bijzondere positie, vanwege de snellere slijtage door bewegende delen. Om de molens op een veilige manier te laten draaien, is doorlopend onderhoud nodig en moeten regelmatig onderdelen worden vervangen. De onderhoudsregeling voor molens bestaat uit een vast maximumbedrag dat, ter compensatie van de inflatie, zal stijgen van € 72.500 naar € 95.000.

Overige maatregelen
Andere maatregelen die de minister in zijn brief aankondigt zijn de ophoging van de Duurzame Monumentenlening (DML+) met in totaal € 50 miljoen. Dit doet hij samen met de minister van VRO. Ook wordt het programma Toekomst Religieus Erfgoed met vier jaar verlengd. Tot slot ontvangen zowel het Molenfonds als het Boerderijenfonds een incidentele subsidie van € 2,5 miljoen.