PVV-leider Geert Wilders doet er goed aan met vervroegd pensioen te gaan. Al te lang domineert hij de politieke cultuur in ons land met beledigen, onnodige polarisatie, autoritair gedrag en zijn inhoud is veel te eenzijdig en te nadrukkelijk gericht op asielproblematiek en islamisering.
Mede door beledigingen van Wilders vertrokken onder meer Job Cohen (PvdA) en Sigrid Kaag (D66) van het politieke toneel. Het vijandige gedrag van de PVV-leider kwam in de loop der jaren geen einde aan en werd door andere Tweede Kamerleden, ook die van andere partijen, overgenomen.

Wilders trok dit jaar de stekker uit het kabinet-Schoof en dat is een blunder van jewelste geweest. Een sterkere positie op regeringsniveau had de PVV zich niet kunnen wensen. Jazeker, het migratiebeleid van PVV-minister Faber kreeg tegenwerking van andere partijen, maatschappelijke organisaties en de ambtelijke cultuur. Maar dit wist Wilders vooraf.

Met de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober 2025 viel de PVV terug van 37 naar 26 zetels. Een voorspelbare nederlaag. Ook bij de PVV weggelopen kiezers kregen in de gaten dat Wilders niet met andere politieke partijen kan samenwerken.
Het is niet onmogelijk dat intern de oproep luider wordt om van de PVV een ledenpartij te maken met een open democratisch gehalte. De egocentrische Wilders, die in de laatste campagneweek een vermoeide indruk maakte, kan een dergelijke vraag op den duur niet negeren.
Misschien is Wilders nog niet klaar met Nederland, maar Nederland wel met hem.
Wiebe Dooper