Categorieën
Blik op Bolsward Bolsward Cultuur Geschiedenis

Een Bolswarder leidekkerszoon werd de rijkste Amerikaan (4)

Hoe bestaat het! Een doodgewone Bolswarder jongen die nog bij Gysbert Japix in de klas zat. Die opgroeide in de schaduw van de Broerekerk, die timmerman werd, naar New York vertrok en daar, via handig manipuleren, invloedrijke connecties, malafide handel en met wat geluk, fortuin maakte. Die onder en boven de wet leefde, letterlijk en figuurlijk het fundament onder Wall Street sloeg en de feitelijke grondlegger van het hedendaags Amerikaans kapitalisme was.

Frederick Philipse in een nieuwe wereld

De Bolswarder Frederick Philipse beleeft in de laatste 40 jaar van de 17e eeuw roerige tijden in Nieuw-Amsterdam, na de Engelse oorlogen New York genoemd, zowel privé als zakelijk. Van timmerman en bouwkundige was hij beland in de wereld van de handel, die hij zeer opportuun bewandelde: van tabak en graan, tot oorlogstuig en slavenhandel. Hij trouwde in 1662, mogelijk via bemiddeling van Stuyvesant, met de schatrijke weduwe Margareth Hardenbroeck. Zelf bezat ze al voor een zeer groot kapitaal aan schepen en huizen. Via de erfenis van haar man, Pieter Rudolphus de Vries, bracht ze eveneens een grote vloot aan schepen, talrijke pakhuizen en, heel lucratief, een schat aan handelsrechten met zich mee. Dat alles maakte het echtpaar tot de rijkste en machtigste familie in heel Noord-Amerika.

Frederick Philipse in Nieuw-Amsterdam in discussie met inwoners.

De Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland telde destijds 6.000 inwoners, de plaats Nieuw-Amsterdam zo’n 1500. Nog lang tijdens en na de Engelse overheersing zal de bevolking Nederlands, of een dialect ervan, blijven spreken.

De Bolswarder leidekkerszoon begon zich steeds meer bezig te houden met het politieke en kerkelijke leven in New York. Deze ontwikkeling speelde zich af in een onvoorspelbare tijd, met oorlogen tussen de Engelsen en de Nederlanders, waarbij uiteindelijk de Engelsen de Nederlandse kolonie overnamen. Nieuw-Amsterdam werd New York (1674). Frederick, gewiekst als hij was, koos de kant van de Engelse monarchie.

Stuyvesant slikt de nederlaag tijdens de Tweede Engelse oorlog, in 1664. Zijn macht en tijd zit er dan op. Wel blijft hij in New York wonen, waar hij in 1672 overlijdt. De ‘gloriejaren’ van Philipse moeten dan nog komen.

Toch kwam ook de Bolswarder jongen enige keren in aanraking met het plaatselijk gezag. Al op een zondag in april van het jaar 1662 wordt Frederick aangetroffen in de herberg van ene Jochemse, aan de haven. Hij is dan in gezelschap van Pieter Jelle en Reinier Pietersz, afkomstig van ‘Bolsaert’. Het is tijdens een kerkdienst en dan was het verboden bier te drinken. Ze moeten voor het gerecht verschijnen. In 1663 vervoert hij graan, zonder militaire begeleiding wat verplicht was. Ook toen volgde een rechtszaak. In 1698 wordt niet langer oogluikend toegestaan dat Philipse slaven vervoert uit Afrika naar New York. Hij wordt ontslagen uit de Raad van Vier, in feite het belangrijkste bestuursorgaan in New York. Nergens heb ik ergens kunnen ontdekken dat er ook strafvervolging plaatsvond. Wel een aantal suggesties, geen feiten.

Die handel vond plaats met een eigen schip, de Charles. Dezelfde boot waarmee zijn eerste vrouw Margareth met enige regelmaat Amsterdam bezocht om handelsovereenkomsten te sluiten. Ze heeft toen ook bezoeken aan Bolsward gebracht. Opmerkelijk is dat ook Frederick naar Holland, en dus ook Bolsward, kwam, maar nooit tegelijk met Margareth.

 Portret van Frederick Philipse.

Wanneer Margareth overlijdt (1690), trouwt Philipse met Catharine van Cortlandt, een weduwe afkomstig uit de New Yorkse aristocratie. Zij bezit een enorm kapitaal, als erfenis van haar vader en haar man. Het echtpaar beheerde al snel 52.000 hectare grond langs de Hudson rivier en vormde het machtigste en rijkste echtpaar van het land.

Al eerder bouwde Frederick een Manor, een bepaald type landhuis/herenhuis, aan de oevers van de Hudson, met een groot oppervlak aan grond rondom. Deze grond werd verpacht, heel ongebruikelijk in die tijd, en leverde Philipse enorme kapitalen op. Bij zijn landhuis bouwde hij een molen en een enorme schuur, omgeven door een stuwmeer. Tegenwoordig is zowat alle bezit van de Philipsen uit die tijd Nationaal Monument.

© Willem Haanstra

Hieronder eerder gepubliceerde delen: